EEN NIEUW BEGIN

 

Een nieuw begin                                                                   

De vakantie in Frankrijk viel vreselijk tegen. Binnen twee dagen heerste er een complete chaos in het vakantiehuis. Achteloos weggeworpen kledingstukken bleven liggen waar ze lagen, want er was geen Marlies die ze opraapte en ervoor zorgde dat ze weer schoon en gestreken in de kast kwamen te liggen. In het begin smaakten de pizza’s nog wel lekker en tegen de patatfrites zei niemand nee, maar na diverse keren vroeg Floortje mismoedig: ‘Alweer patat? En ik lust ook geen pizza meer. Kunnen we niet iets anders eten? Pap, jij kunt toch wel koken?’ Maar haar vader schudde zijn hoofd. Hij kon hooguit een ei bakken. ‘Er zijn geen schone handdoeken meer,’ klaagde Aline. ‘Ik heb een handdoek zelfs twee keer gebruikt,’ voegde ze er verontwaardigd aan toe. ‘Dat is allemaal de schuld van dat mens,’ vond Linda fel. ‘Wie bedoel je?’ vroeg Sjoerd die plotseling leek te ontwaken uit zijn game-droom. ‘Nou, Marlies natuurlijk, wie anders!’ riep zijn zuster uit. ‘Heb jij ze wel allemaal op een rijtje staan?’ vroeg de jongen verbaasd. ‘Ik geef haar groot gelijk dat ze niet mee is gegaan. Ze was alleen maar goed om onze rotzooi op te ruimen en wat kreeg ze ervoor terug? Niks, alleen maar rottige opmerkingen.’ ‘Hoor wie het zegt,’ merkte Aline op. ‘Ik sluit mezelf niet uit, maar ik geef tenminste toe wat ik fout heb gedaan. We hebben haar verrekte beroerd behandeld. Ze werkte zich uit de naad om het ons naar de zin te maken en voor wat? Nou, jullie zoeken het maar uit. Ik ga naar Ben die verderop met zijn ouders in een huisje logeert. Hij heeft net een nieuwe game gekocht.’ Bas zag dat het niet goed ging en riep zijn kinderen bij elkaar. ‘Zo gaat het niet langer, jongens, jullie krijgen allemaal een taak. Sjoerd, jij zorgt voor het in- en uitruimen van de vaatwasser en jullie…’ Hij keek zijn tweelingdochters aan. ‘… nemen de was en de boodschappen voor je rekening. Er is bijna geen toiletpapier mee en ook zijn er geen vaatwastabletten. Floortje, jij zuigt alle kamers bij en je zorgt ervoor dat het er hier netjes uitziet en…’ ‘Wat ga jij doen?’ onderbrak Linda hem brutaal. ‘Wat denk je van het schoonmaken van de wc’s en de badkamer.? En wie gaat proberen om ‘s  avonds een fatsoenlijke maaltijd op tafel te zetten? Wil je soms ruilen met mij?’ ‘Nee, laat maar.’

Langzaam begon het tot iedereen door te dringen welke belangrijk de rol Marlies in hun leven speelde. Bas had geprobeerd om contact te krijgen met zijn vrouw, maar haar smartphone stond uit en er werd niet gereageerd op de appjes en de mailtjes van zijn IPad. Eerst was hij boos en verontwaardigd. Dat Marlies hem dit flikte… Maar toen de tijd verstreek, nam zijn bezorgdheid toe. Zou het nog goedkomen? Wat was hij een onmogelijke stommeling geweest.‘Wat ben ik blij dat we naar huis gaan,’ zei Linda toen ze weer terugreden naar Nederland. ‘Wordt alles tenminste weer normaal.’ ‘Normaal? Wat bedoel je?’ vroeg Sjoerd die verbaasd opkeek van zijn IPhone. ‘Nou, gewoon, als Marlies weer terug is, hoeven Aline en ik geen boodschappen meer te doen en geen afschuwelijke wassen meer te draaien. Rot werk.’ ‘Misschien is Marlies er niet eens,’ zei haar broer. De auto maakte even een schuiver. ‘Natuurlijk wel,’ reageerde zijn vader geprikkeld. ‘Marlies heeft ons net zo hard gemist als wij haar. Ze hoort bij ons en als we allemaal ons beste beentje voor zetten, komt alles goed. Ze wacht vast al op ons. Zo leuk is het niet om alleen op een eiland te zitten.’ Maar Sjoerd haalde zijn schouders op. Was hij nu de enige die zag wat er aan de hand was? Toen ze de straat inreden, misten ze onmiddellijk de rode auto van Marlies en ook in het huis was geen spoor van haar te bekennen. ‘Zie je nou wel dat ze er niet is. Sjoerd had gelijk,’ huilde Floortje opeens. ‘En dat komt door jullie.’ Ze wees met een vinger naar haar beide zusjes. ‘Nu hebben wij het weer gedaan,’ zei Aline verontwaardigd. ‘Wie anders?’ vroeg Sjoerd. Bas was ontzet. Waar zat Marlies en wat als ze echt niet meer terugkwam? Daar moest hij even niet aan denken. Hij keek om zich heen. Iedereen had zijn spullen uit de auto gehaald en overal gewoon neergesmeten. Hadden ze dan nog niets van de vakantie geleerd? Plotseling hoorde hij een auto stoppen. Marlies? Marlies opende de deur en liep het huis in. Verbijsterd keek ze naar gigantische troep in de gang. Met haar voet schoof ze de plastic zakken met vuil wasgoed opzij. Was het soms de bedoeling dat zij dit zou opruimen? Hier had ze geen zin in. Ze ging weer terug, terug naar haar vrijheid. ‘Marlies!’  hoorde ze plotseling achter zich. Het klonk als een noodkreet. Ze draaide zich om. Daar stond Bas. ‘Niet weggaan. Kom alsjeblieft binnen.’ Marlies aarzelde, maar liep toch op hem toe. Bas omhelsde haar innig. ‘Ik heb je zo gemist,’ mompelde hij. ‘Wat zie je er geweldig uit. Lieverd, je hoort hier echt thuis, hoor.’ Marlies keek hem aan en trok even haar wenkbrauwen op. Bas trok haar mee naar de woonkamer waar de anderen nog bij elkaar zaten.

Floortje vloog op haar af en omarmde haar. ‘Je bent er weer, je bent er weer,’ zei ze opgelucht en ook haar broer lachte breed. ‘Ik ben ook hartstikke blij dat je er weer bent, Marlies.’ ‘Ja, wij ook, hè Aline,’ merkte Linda op. ‘’t Werd echt tijd dat je hier kwam, want het is hier zo’n gigantische troep. En al onze kleren moeten ook gewassen worden.’ ‘Je dacht dat ik dat ging doen?’ vroeg Marlies kalm. ‘Om jullie uit de droom te helpen… Ik ben met jullie vader getrouwd omdat ik van hem hield en ook omdat ik voor jullie wilde zorgen. Daarom heb ik mijn baan opgezegd, wat ik nooit had moeten doen. Ik was gelijk mijn vrijheid kwijt. Dat doe ik dus niet meer. Jullie stelden het toch niet op  prijs. Helaas zie ik dat jullie nog geen spat zijn veranderd, dus ik ga weer.’ ‘Stomme meid!’ Floor rende op Linda af en gaf haar een por. ‘Nou gaat ze écht weg. Heb je nou je zin? Ik heb wel gehoord wat je zei toen mama net dood was: er komt nooit een nieuwe moeder in huis…’ ‘Houd je mond,’ onderbrak Linda haar met een plotseling wit gezicht. ‘Nee, je.. wij… hielden niet van mama omdat ze zulke vreselijke dingen deed en zei en vooral tegen jou. En daarom mocht Marlies niet komen.’ Verbijsterd luisterde Marlies toe. Waarom had Bas haar dit niet verteld en waarom had iedereen gezwegen? Uit loyaliteit naar hun overleden moeder of misschien uit schaamte omdat die vrouw kennelijk niet gedeugd had? ‘Maar ik deed toch niet onaardig tegen jou?’ vroeg ze aan Linda. ‘Nee.’ Opeens barstte Linda in tranen uit. ‘Het was alleen een gewoonte geworden om zo te doen en te praten tegen jou. Alsof we zo mama nog konden straffen omdat ze zo onaardig was. Ik heb er echt wel spijt van en Aline ook.’ De tranenstroom was niet meer te stoppen. Marlies begreep er niets van. Wat nu? Plotseling herinnerde ze zich het Bijbelverhaal over de vijgenboom die geen vrucht wilde dragen. ‘Hak hem maar om,’ zei de eigenaar, maar de tuinman schudde zijn hoofd. ‘Geef hem nog een kans. Ik zal hem wel een extra portie mest geven. U zult zien, dan bloeit hij weer helemaal op.’ Marlies dacht na. Moest ze dit gezin ook niet een tweede kans geven? Extra liefde geven? ‘Ik ga weg en als ik over een week terug ben, is deze troep weg. Die hebben jullie zelf gemaakt,’ sprak ze af. ‘En dan moesten we maar weer opnieuw beginnen.’ Voor het eerst verscheen er een flauwe glimlach op haar gezicht. Iedereen had recht op een tweede kans.

———————————–